Leef gezonder, beweeg meer, eet beter, slaap voldoende. We weten allemaal dat dit belangrijk is. Toch blijkt het in de praktijk ontzettend lastig om leefstijl blijvend te veranderen.

Onlangs onderzocht het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) hoe mensen deelnemen aan de Gecombineerde Leefstijlinterventie (GLI), een programma waarin deelnemers twee jaar lang werken aan gezondere gewoontes (bron). 

De resultaten:

  • Ongeveer 90% start na de intake enthousiast met het programma.

  • Maar slechts 60% maakt het hele traject af.

  • Vooral mensen met een lager inkomen, een migratieachtergrond of een praktijkgerichte opleiding haken vaker voortijdig af.

Waarom stoppen zoveel mensen?

Het RIVM laat zien dat uitval vaak ontstaat doordat het programma onvoldoende aansluit op de persoonlijke situatie. Denk aan:

  • Adviezen die te algemeen blijven en weinig nieuwe inzichten geven.

  • Te weinig praktische handvatten die je direct kunt toepassen.

  • Geen goede klik met de coach of de groep.

  • Fysieke of mentale belemmeringen die deelname moeilijk maken.

Wat zegt dit over leefstijlverandering?

Dat leefstijlverandering geen one-size-fits-all aanpak is. Wat voor de één werkt, voelt voor de ander niet passend of haalbaar.

Onze visie

Wij zien dagelijks dat maatwerk het verschil kan maken. Iedereen heeft namelijk een unieke combinatie van genetische aanleg, leefomgeving en actuele gezondheid.

Daarom kijken wij niet alleen naar gedrag, maar ook naar:

  • 🔬 Genetische aanleg voor bijvoorbeeld stofwisseling en energiehuishouding.

  • 💉 Actuele bloedwaarden die inzicht geven in je huidige gezondheid.

Door deze informatie te combineren, kunnen adviezen veel beter aansluiten op de individuele deelnemer. Het resultaat? Grotere kans dat je gemotiveerd blijft én blijvende veranderingen in je leefstijl weet vol te houden.

Tot slot

Het onderzoek van het RIVM bevestigt dat meer persoonlijke begeleiding nodig is om leefstijlprogramma’s echt succesvol te maken. Door wetenschap en persoonlijke data te combineren, kunnen we leefstijlinterventies niet alleen effectiever, maar ook duurzamer maken.